Schaam je nooit voor je tranen

Vorige week vertelde me iemand dat ze op een begrafenis tranen met tuiten gehuild had. 'En ik kende die vrouw niet eens zo goed', zei ze. 'Ik schaamde me dood'.

Niet doen.

Soms worden we getriggerd om verdriet dat ergens in ons sluimert te laten opkomen.  Mensen zijn de enige soort die huilen met waterlanders. Dat blijkt te maken met de volkomen hulpeloosheid van baby's. Door te huilen, communiceren ze en vragen ze om troost en eten. 

Het is maar normaal dat je af en toe tot tranen geroerd wordt. Het maakt je tot 'mens'; tot wie je bent. Geen robot maar empathisch.

Er is al genoeg oppervlakkigheid in deze wereld.

Emoties die je onderdrukt, gaan trouwens na een tijdje 'rotten'. 

Toch moet ik er een kanttekening bij maken. Een grote huilpartij doet niet altijd opluchten en kan je fysiek uitputten. Ik herinner me mijn postnatale depressie. Ik weende echt veel, maar voelde me daarna zelden beter.

Als je je echt down voelt of depressief, is het niet altijd een hulpmiddel. 

Nog enkele weetjes?

Vrouwen laten makkelijker tranen vloeien dan mannen. Ieder heeft zijn eigen manier van huilen: fors, stilletjes... Zelfs het tijdstip is van belang. We zouden 's avonds makkelijker losbarsten dan overdag.

Maar nu geef ik je de belangrijkste reden waarom je je nooit hoeft te schamen voor je huilen:

troosten schept banden.

Tranen zijn een krachtig communicatiemiddel en zegt eigenlijk 'help mij'.  Je bent het Noorden kwijt of even overweldigd. En dan kan hulp goed doen.

Laten we ook een sociaal vooroordeel wegwerken: huilen is voor iedereen ok.

Brené Brown zegt in haar boek 'De kracht van kwetsbaarheid' dat het geen zwakte is. Integendeel: het getuigt van een open, innerlijke kracht.

Dus de volgende keer dat je een huilbui voelt opkomen: laat maar vloeien...

 

 

Reactie schrijven

Commentaren: 0