Niet klagen...

Diep in mij zit er nog steeds een Chiromeisje. En als Chiromeisje keek ik heel erg uit naar het jaarlijks kamp.

Een week onder vriendinnen, kattenkwaad uithalen, samen zingen: ik kwam telkens oververmoeid en zonder stem terug maar met een pak goede herinneringen.

Eén van de hoogtepunten van het kamp was ‘DE TREKTOCHT’.

En ik schrijf het niet voor niks met een hoofdletter. Het was telkens een pittige wandeling waar een hele dag voor werd uitgetrokken.

We werden in groepjes ingedeeld en elk uur mocht er eentje vertrekken.

Onze proost trok de eerste ploeg. Die ploeg moest met pijlen en takken de route aanduiden zodat de volgers niet konden verdwalen.

De beste stappers mochten mee met hem. Het was een postje dat gegeerd was want hij trakteerde regelmatig aan een cafeetje op een frisse cola.

Maar hij legde er ook flink de pas in. En naargelang de dag vorderde kwam de vermoeidheid opzetten. Onze trekliederen verstomden, blaren werden venijnig, de zon stak (ook toen had je hete zomers) en de moraal zonk in de schoenen.

‘Mijnheer pastoor, gaan we nog ver? ‘ ‘Ik heb dorst en pijn’ ‘Kunnen we even rusten?’

En dan zei hij steevast terwijl hij rustig doorstapte:

niet klagen maar dragen en bidden om kracht.

Het werd zo vaak gezegd dat het een mantra voor mij werd. Als 's avonds dan de blaren verzorgd waren, de dorst gelest en de hongerige magen gestild, riepen we lachend bij elke zucht: niet klagen maar dragen en bidden om kracht.

Het is nooit meer uit mijn geheugen gegaan.

Maar toen was het leven nog zwart-wit en eenvoudiger dan nu. En mijn mantra is ook wat grijzer geworden. Hoe vat ik  het  nu op?

Niet klagen’:

Jawel hoor; je mag best eens afgeven op hoe je het leven beleeft vind ik. Altijd flink en sterk moeten zijn; niet naar buiten kunnen komen met je verdriet en alle bijhorende emoties, kan flink op je inwerken.

Dus mogen ze bij mij wel klagen. Over de vriendin die niet meer wil luisteren naar het verhaal. Over de werkgever die een traan opvat als een zwakte, over de eenzaamheid,...Binnen de 4 muren van de praktijk mag er gezucht worden. Je moet toch af en toe je hart luchten.

 

maar dragen’:

soms moeten we buigen voor het lot. Waar we niks aan kunnen veranderen, hebben we te aanvaarden. Onze geliefde doden komen nooit meer terug. Je job waar je voor leefde maar die samen met het bedrijf ten onder ging, is verleden tijd. Je ex die nu met een ander gelukkig is, je kan hem of haar niet terugkrijgen. Het leven is wat het is.

 

en bidden om kracht’:

soms is het goed om je verdriet in handen van iemand/iets te leggen. Het maakt hierbij niet zoveel uit hoe je dat benoemt. Wil je bidden tot God of een Godheid? Heb je een symbool of een plek waar je even kan ‘bijtanken’: dat is allemaal ok.

En hopelijk komt er net zoals vroeger een einde aan de zware trektocht en kan je weer wat lichter in het leven staan.
Ik wens het je toe…

 

 

 

Reactie schrijven

Commentaren: 0